3 oktober 2022
door Leen Hennink
Wanneer een partij wordt aangesproken om een schuld te voldoen maar degene heeft ook nog een vordering op de schuldeiser dan kan de schuld in sommige gevallen worden verrekend met de schuld van de ander. Maar wanneer doet zich dit voor?
Om een schuld te kunnen verrekenen is allereerst vereist dat er een beroep op verrekening wordt gedaan. Met andere woorden, de schuldenaar die wordt aangesproken om te betalen moet laten weten dat hij een beroep doet op verrekening. De schuldenaar mag zelf bepalen hoe die verklaring eruit ziet.
Om een beroep te doen op verrekening moet aan een aantal eisen worden voldaan:
Als een beroep op verrekening wordt afgewezen door een rechter komt dat vaak doordat schuldeiser en schuldenaar niet allebei partij zijn bij zowel de oorspronkelijke vordering als de te verrekenen vordering, bijvoorbeeld doordat in de ene rechtsverhouding de onderneming wordt aangesproken en in de andere de privépersoon. Ook kan het zijn dat een vordering nog niet opeisbaar is doordat bijvoorbeeld betaling op een later tijdstip in de toekomst is afgesproken.
Anderzijds kan er in een zeer laat stadium van invordering van een schuld nog een beroep op verrekening worden gedaan. Vaak geschiedt dit pas wanneer men in rechte wordt aangesproken. Maar zelfs in geval van faillissement van de schuldeiser kan nog een beroep op verrekening worden gedaan. Het kan derhalve een uitkomst bieden wanneer men na verloop van tijd wordt aangesproken tot betaling van een schuld waar niet meer op was gerekend.
Veerkade 5D
3016 DE Rotterdam
010-466 23 33
info@bwadvocaten.nl