Wetsvoorstel uitbreiding van de Wet Bibob

Wet BIBOB

23 april 2018
door Leen Hennink

De Wet Bibob (Bevordering integriteitsbeoordelingen door het Openbaar Bestuur) wordt uitgebreid om gemeenten, provincies en de overheid in het algemeen ruimere mogelijkheden te geven om te voorkomen dat criminelen dienstverlening door de overheid misbruiken om strafbare feiten te plegen. In feite wil de overheid met deze wet de georganiseerde criminaliteit aanpakken.

Met de nieuwe Wet Bibob kan de overheid justitiële gegevens opvragen van de zakelijke omgeving van een bedrijf of persoon die de vergunningsaanvraag doet. Met de huidige wet is het alleen mogelijk om justitiële gegevens op te vragen van de aanvrager zelf en niet van zijn zakelijke relaties. Met deze uitbreiding verwacht de overheid al bij de aanvraag van een vergunning of subsidie te kunnen herkennen dat bijvoorbeeld sprake is van een zogeheten “stromanconstructie” of een poging om geld wit te wassen. Een aanvraag voor een subsidie of vergunning kan op deze grond worden geweigerd en een al verleende beschikking kan worden ingetrokken.

Verder wordt het Bibob-onderzoek straks ook mogelijk bij alle andere overheidsopdrachten, dus niet alleen meer bij horecavergunningen en in de sectoren bouw, ICT en milieu. De achterliggende gedachte was hierbij dat vooral deze sectoren kwetsbaar waren voor criminaliteit vanwege de grote maatschappelijke of economische waarde. Een dergelijk Bibob-onderzoek wordt net als bijvoorbeeld bij vastgoedtransacties in sommige gevallen ook mogelijk bij de overdracht van bijvoorbeeld erfpacht.

In het wetvoorstel voor uitbreiding van de Wet Bibob zijn er meer mogelijkheden opgenomen voor  overheden om zelfstandig onderzoek te doen naar de betrokkenen in een rechtsbetrekking met de overheid. Niet alleen kunnen overheden zich bij de toepassing van deze wet baseren op een advies van het Landelijk Bureau Bibob, maar zij kunnen ook zelfstandig onderzoek doen met het oog op toepassing van deze wet. Het aantal informatiebronnen dat kan worden geraadpleegd wordt uitgebreid. Het wordt mogelijk om strafrechtelijke en politiegegevens van de betrokkene op te vragen en in te zien. Daarnaast is de bevoegdheid gegeven om het handelsregister op naam van de betrokkene te doorzoeken. Ook kunnen bestuursorganen de uitkomsten van eerder door het bureau uitgebrachte adviezen in de overwegingen rondom de voorliggende casus betrekken.

Als laatste worden de in de praktijk ontwikkelde criteria vastgelegd voor de gevallen waarin na het verrichten van een eigen onderzoek door het bestuursorgaan het bureau wordt ingeschakeld. Deze criteria maken duidelijk welke afweging het bureau toepast wanneer zij afzien van het uitbrengen van een advies, namelijk indien:             
a.     de bevindingen van het eigen onder zoek en de door de betrokkene verstrekte gegevens en bescheiden niet aan het bureau zijn overgedragen;
b.     uit deze gegevens blijkt dat het bestuursorgaan of de rechtspersoon onvoldoende gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheden tot het verrichten van eigen onderzoek of
c.     uit het eigen onderzoek onvoldoende aanwijzing blijkt dat sprake is van enig gevaar of andere relevante feiten en omstandigheden.

Aanmelden voor nieuwsbrief
Contact

Veerkade 5D
3016 DE  Rotterdam

010-466 23 33
info@bwadvocaten.nl